De Europese beurzen zijn woensdag zonder grote uitslagen gesloten.
Beleggers verwerkten tegenvallende cijfers, waaruit bleek dat de economische groei in de eurozone nagenoeg is stilgevallen. De blik bleef echter vooral gericht op de bijeenkomst donderdag van de Europese Centrale Bank (ECB).
De AEX sloot nagenoeg onveranderd op 428,61 punten. Eerder op de dag werd met 429,93 punten de hoogste stand sinds juni 2008 bereikt. De MidKap steeg 0,7 procent tot 634,93 punten. De beurzen in Parijs en Frankfurt wonnen 0,1 en 0,4 procent. De FTSE-index in Londen viel uit de toon met een verlies van 0,4 procent.
Hints over stappen
De ECB komt donderdag naar verwachting niet met nieuwe, concrete maatregelen om de zeer lage inflatie en de matige economische groei in de eurozone aan te pakken. Maar mogelijk laat president Mario Draghi meer los over de stappen die de komende maanden kunnen worden verwacht. Eerder op woensdag bleek uit nieuwe cijfers dat de bedrijvigheid in de dienstensector en de industrie in het eurogebied in november op het laagste niveau in zestien maanden is uitgekomen.
De AEX werd aangevoerd door het Egyptische bouw- en kunstmestconcern OCI, dat 4,6 procent won. Analisten van Rabobank lieten zich woensdag positief uit over de voorgenomen afsplitsing van bouwtak Orascom Industries.
SBM onderaan
Dienstverlener aan de olie- en gasindustrie SBM Offshore stond in de onderste regionen van de AEX, met een verlies van 2,6 procent. Schlumberger, een Amerikaanse concurrent van SBM, gaf dinsdag aan maatregelen te nemen om de gevolgen van de dalende olieprijs te beperken.
De Britse banken Lloyds en Barclays verloren in Londen circa 1 procent, na de aankondiging van de nieuwe begrotingsplannen van de Britse regering. Daarin worden onder meer belastingregels voor banken verscherpt.
Euro op laag peil
De euro zakte woensdag in de aanloop naar de ECB-vergadering naar het laagste peil sinds augustus 2012. Aan het einde van de handelsdag was de Europese munt 1,2310 dollar waard, tegen 1,2390 dollar bij het slot van de beurzen op dinsdag.
Een vat Brentolie werd 0,6 procent goedkoper en kostte op de termijnmarkt 70,22 dollar. De prijs van Amerikaanse olie steeg met 0,3 procent tot 67,06 dollar per vat.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl